
Reisverslag: samen met Floortje Dessing naar Bali
Onlangs reisden we samen met Floortje Dessing en cameravrouw Arlette Foeken naar Bali. Ons doel: het leed achter toeristische attracties met wilde dieren in beeld brengen. Sanne, campagnemanager Wilde dieren, doet verslag van deze onvergetelijke reis.
Verslag van Sanne Kuijpers – campagnemanager Wilde dieren.
Hoe bereid je je voor op vier dagen aaneengesloten dierenleed? Ik heb al best wat gezien, maar wat ik de komende dagen ga meemaken is ongekend. Ik ben op Bali, een eiland vol hartelijke mensen, eindeloze rijstvelden, mooie tempels en prachtige natuur. Maar de zes miljoen toeristen die jaarlijks naar het eiland reizen, bezoeken vaak attracties met wilde dieren zoals dolfijnenshows, olifantenparken en koffieplantages met civetkatten. En daar gaat een wereld van dierenleed achter schuil. Hoog tijd om te bloot te leggen wat er precies aan de hand is.
Gedwongen om te spelen
Op Bali ontmoet ik Floortje en Arlette. Samen gaan we de komende week op onderzoek uit bij een aantal dierenparken en het is meteen raak. Terwijl ik tussen een enthousiast publiek zit bij een show met wilde dieren, zie ik alleen maar dierenleed. Ik zie ernstig bedreigde, veel te jonge orang-oetans. Zonder hun moeder, voor een groot publiek. In het wild slingeren ze aan bomen en komen ze nauwelijks op de grond. Hier worden ze op een podium gedwongen om trucjes te doen. Als de show klaar is, zie ik dat ze verplicht moeten spelen op een terrein waar mensen ze van dichtbij kunnen zien. Als ze moe zijn, sleept de begeleider hen aan hun armen naar het klimrek om op de foto te gaan. Er is niets natuurlijks aan.
Misleiding van toeristen
We gaan ook naar Mason Elephant Park. Dit park doet extreem zijn best om mensen te misleiden. Bij de ingang worden we direct begroet met borden over zogenaamde reddingen en soortbehoud. Er hangen foto’s van beroemdheden met olifanten, en ik zie zelfs een dame met een olifant poseren voor een helikopter. Want naast olifantenritten en olifanten wassen kun je hier ook helikoptervluchten maken, rondscheuren in een buggy en zelfs een olifantentaxi boeken. Er wordt niks verteld over de ‘crush’, de hartverscheurende manier waarop babyolifantjes getraind worden. Terwijl dit traumatische proces altijd wordt gebruikt om olifanten onderdanig te maken.
De misleiding komt overal terug. Een pijnlijk voorbeeld is een dolfinarium: Bali Exotic Marine Park, ‘house of the stranded dolphins’. Op deze locatie voelt het meteen alsof er iets niet in de haak is. We mogen geen camera-apparatuur meenemen behalve onze telefoon, en we moeten een aansprakelijkheidsformulier ondertekenen. De zwembaden zijn klein. Misschien 10 meter diep, terwijl de dieren in het wild vaak 55 meter diep duiken. Meteen ruik ik een sterke chloorlucht. Ik zie toeristen die met de dolfijnen het water in gaan voor selfies met de dieren. Ik hoor joelende kinderen én volwassen wanneer een dolfijn op commando ‘zwaaibewegingen’ met de vinnen maakt of met hun staartvin op het water klapt in navolging van de trainer. De toeristen weten waarschijnlijk niet waarom de dieren dat doen: omdat ze worden verhongerd en voor de trucjes worden beloond met dode vis. Als we navraag doen, zegt de trainer dat deze dolfijnen verdwaald waren op zee. Daar is niets van waar. Onderzoek bracht al eerder aan het licht dat vissers soms betaald zijn om ze uit het wild te vangen en over te brengen naar dolfinaria.
De parken strooien zand in de ogen van de toeristen. Ze laten toeristen denken dat ze verantwoorde keuzes maken, maar feitelijk gaat het om grootschalig dierenleed. Zo ook op de drukke koffieplantage, waar civetkatten in kleine kooien worden gestopt om de beroemde kopi luwak te kunnen maken, met bordjes ernaast dat de dieren er ‘voor de show zitten’ en wekelijks worden vrijgelaten. En op Turtle Island – zogenaamd een plek voor het behoud van zeeschildpadden, maar in werkelijkheid een toeristentrekpleister waar schildpadden in kleine, betonnen bakken leven en door toeristen worden opgepakt. Ja: wilde schildpadden worden bedreigd door mensen, maar deze plek draagt niet bij aan soortbehoud of dierenwelzijn.
Een reis van contrasten
Deze reis naar Bali blijkt een reis van contrasten. Aan de ene kant de lieve, hardwerkende Balinezen in een wonderschone omgeving met een prachtige cultuur. Anderzijds het enorme dierenleed dat door de parken wordt verkocht onder het mom van soortbehoud en educatie. De vele toeristen houden totaal onbedoeld het lijden van honderdduizenden wilde dieren en de destructie van wildpopulaties in stand. Omdat ze misleid worden. Doordat reisorganisaties massaal foute parken aanbieden onder het mom van een gezellig familie-uitje. Doordat financiële instellingen dit mogelijk maken. Doordat dierenwelzijnsbeleid bij overheden tekortschiet.
Deze reis was hartverscheurend, maar ook zo nodig om onwetende toeristen wereldwijd te informeren over het dierenleed dat achter attracties met wilde dieren schuilt. Terwijl ik dit schrijf gaan mijn gedachten naar de orang-oetans die aan hun armen meegesleept worden om foto’s te maken. Ik hoop dat veel van hun soortgenootjes dit lot bespaard blijft en dat ook zij op een dag niets anders doen dan weer eindeloos slingeren van boom naar boom. Dat moet. Voor hen. Voor ons. Want ook wij zijn afhankelijk van orang-oetans, en al die andere wilde dieren. En dat maakt mij strijdvaardiger dan ooit.